Windows 8 / 10 #
Open ‘Deze computer‘ (‘Computer’) en klik bovenaan op ‘Netwerkverbinding maken‘ (‘Map network drive’). Hier voer je de volgende informatie in:
- Station (Drive): Hier geef je aan welke letter je wilt toekennen aan de netwerkschijf (standaard Z:)
- Map (Folder): Hier voer je de Clouddrive locatie toe.
- ‘Opnieuw verbinding maken bij aanmelden’ (‘Reconnect at logon’) Dit vinkje kun je het beste inschakelen, zodat deze netwerkschijf weer opnieuw gekoppeld wordt wanneer je je computer (opnieuw) start.
- ‘Verbinding maken met andere referenties’ (‘Connect using different credentials’) Dit vinkje MOET ingeschakeld zijn, anders zal Windows de inloggegevens van de lokale computer gebruiken. Uiteraard komen deze niet overeen met die van Clouddrive. Wanneer je dit aanvinkt zal je een pop-up krijgen waarin je de inloggegevens van je Clouddrive kunt invoeren.
Eenmaal toegevoegd kun je je Clouddrive net zo gebruiken als een gewone harde schijf / partitie in Windows en bestanden hier van en naar toe verplaatsen. Mocht je problemen ondervinden met het koppelen van je Clouddrive via WebDAV, dan kan het zijn dat de “webclient service” binnen je Windows omgeving uitstaat. Meer informatie over hoe je deze aan kunt zetten is te vinden via bijvoorbeeld: http://blogs.msdn.com/b/johnguin/archive/2012/06/24/enabling-the-webclient-service-in-windows.aspx.
Mac OS X #
Ga in Finder naar ‘Ga‘ (‘Go’). Klik hier in het menu op ‘Verbind met server‘ (‘Connect to Server’). Er verschijnt nu een pop-up waar je het volgende in moet vullen:
- ‘Serveradres‘ (‘Server Address’): Hier voer je de Clouddrive locatie toe.
- Klik nu op ‘Verbind‘ (‘Connect’) om de locatie / schijf toe te voegen.
Eenmaal toegevoegd kun je je Clouddrive net zo gebruiken als een gewone harde schijf / mount binnen Finder / OS X en kun je bestanden hier van en naar toe verplaatsen.